Vijftig jaar in de kerk van Rome 7
>>PDF<<
HOOFDSTUK VII
Voorbereiding op de eerste communie – Inwijding in afgoderij
Niets kan de zorg overtreffen waarmee Rooms-katholieke priesters kinderen voorbereiden op hun eerste communie. Elk jaar worden er twee à drie maanden apart gezet voor dat doel. Al die tijd zijn kinderen tussen tien en twaalf jaar verplicht bijna elke dag naar de kerk te gaan, niet alleen om hun catechismus uit het hoofd te leren, maar ook om de uitleg van al het onderwijs ervan te horen.
De priester die ons onderricht gaf, was Eerw. meneer Morin, die ik al genoemd heb. Hij was buitengewoon vriendelijk voor kinderen en wij respecteerden hem en hielden oprecht van hem. Zijn lessen aan ons waren wat lang, maar wij hoorden hem graag, want hij had altijd een paar nieuwe en interessante verhalen aan ons te vertellen.
De catechismus, die onderwezen werd als voorbereiding voor onze eerste communie, was het fundament van de afgoderijen en bijgelovigheden, die de Kerk van Rome bekend maakt als de religie van Christus. Het is door middel van dat catechetisch onderricht, dat zij voor de paus en zijn vertegenwoordigers dat diepe respect, ofwel zoals ik zou kunnen zeggen, verering, krijgt wat het geheim is van haar macht en invloed. Met deze catechismus bederft Rome de meest heilige waarheden van het evangelie. Dáár wordt Jezus verwijderd uit het hart, waarvoor Hij zo’n grote prijs heeft betaald, en wordt Maria in Zijn plaats gezet. Maar de grote ongerechtigheid van het vervangen van Jezus, door Maria op Zijn plaats te zetten, wordt zo bekwaam verborgen, het wordt gegeven met zulke poëtische en fraaie kleuren en zo goed aangepast om de menselijke natuur te fascineren, dat het bijna onmogelijk is voor een arm kind om aan de valstrik te ontsnappen.
Op een dag zei de priester tegen me: “Ga staan, mijn kind, om de vele belangrijke vragen te beantwoorden, die ik jou moet stellen.”
Ik stond op.
“Mijn kind,” zei hij, “wanneer je thuis schuldig bent geweest aan één of andere overtreding – wie was dan de eerste om jou te straffen – je vader of je moeder?”
Na een paar ogenblikken van aarzeling antwoordde ik: “Mijn vader.”
“Je hebt juist geantwoord, mijn kind”, zei de priester. “In werkelijkheid is de vader bijna altijd ongeduldiger met zijn kinderen en eerder bereid om hen te straffen dan de moeder.”
“Nu, mijn kind, vertel ons wie jou het strengst strafte – je vader of je moeder?”
“Mijn vader”, zei ik zonder aarzeling.
“Nog steeds waar, mijn kind. De onovertroffen goedheid van een vriendelijke moeder wordt zelfs gemerkt in de daad van de tuchtiging. Haar klappen zijn lichter dan die van de vader. En verder, wanneer je het had verdiend om streng gestraft te worden, kwam er dan soms niet iemand tussen jou en de roede van je vader om die van hem af te pakken en hem tot rust te brengen?”
“Ja,” zei ik, “mijn moeder deed dat erg vaak en bewaarde me meer dan eens voor een strenge bestraffing.”
“Dat is zo, mijn kind, niet alleen voor jou, maar voor al jouw metgezellen hier. Hebben jullie goede moeders, mijn kinderen, jullie niet vaak bewaard voor de tuchtigingen van je vader, zelfs wanneer je die verdiende? Antwoord mij.”
“Ja meneer”, antwoordden zij allen.
“Nog één vraag meer. Wanneer jouw vader kwam om jou met de zweep te slaan, wierp jij jezelf dan niet in de armen van iemand om te ontsnappen?”
“Ja meneer, wanneer ik schuldig was aan iets, wierp ik mij meer dan eens in de armen van mijn moeder, zodra ik mijn vader aan zag komen om mij te slaan. Zij smeekte om vergeving voor mij en pleitte zo goed dat ik vaak aan de bestraffing ontsnapte.”
“Je hebt goed geantwoord”, zei de priester. Toen wendde hij zich tot de kinderen en ging verder:
“Jullie hebben een Vader en een Moeder in de hemel, lieve kinderen. Jullie Vader is Jezus en jullie Moeder is Maria. Vergeet niet dat een moederhart altijd milder is en meer geneigd tot genade is dan dat van een vader.
Vaak beledigen jullie je Vader door jullie zonden; jullie maken dat Hij boos wordt op jullie. Wat vindt er dan plaats in de hemel? Jullie Vader in de hemel neemt Zijn roede om jullie te straffen. Hij dreigt jullie te verpletteren met Zijn bulderende donder; Hij opent de poorten van de hel om jullie erin te gooien en jullie zouden lang geleden verdoemd zijn als er niet de liefhebbende Moeder was geweest, die jullie in de hemel hebben en die jullie boze en geïrriteerde Vader ontwapend heeft. Wanneer Jezus jullie zou willen straffen, zoals jullie verdienen, dan haast de goede Maagd Maria zich tot Hem en brengt Hem tot bedaren. Zij plaatst zichzelf tussen Hem en jullie en voorkomt dat Hij jullie slaat. Zij spreekt ten gunste van jullie, zij vraagt om jullie vergeving en verkrijgt die.
Zoals de jonge Chiniquy jullie heeft verteld, heeft hij zich ook vaak in de armen van zijn moeder geworpen om aan straf te ontsnappen. Zij nam zijn plaats in en pleitte zo goed, dat zijn vader toegaf en de roede wegzette. Dus, mijn kinderen, wanneer jullie geweten je vertelt dat je schuldig bent, dat Jezus boos is op jou en dat je goede reden hebt bang te zijn voor de hel, haast je dan naar Maria! Werp jezelf in de armen van die goede moeder, neem de toevlucht tot haar soevereine macht over Jezus en wees er zeker van dat je door haar gered zult worden!”
Op deze wijze hebben de paus en de priesters van Rome de heilige godsdienst van het Evangelie totaal misvormd en veranderd! In de Kerk van Rome is het niet Jezus, maar Maria die de oneindige liefde en genade van God voor de zondaar vertegenwoordigt. De zondaar wordt niet geadviseerd of geleid om zijn hoop op Jezus te vestigen om te ontsnappen aan de verdiende kastijding, maar op Maria! Het is niet Jezus, maar Maria, die de zondaar redt! Jezus is altijd uit op het straffen van zondaren; Maria is hen altijd genadig!
De Kerk van Rome is zo vervallen tot afgoderij; ze vertrouwt liever op Maria dan op Jezus. Zij nodigt onophoudelijk zondaren uit om hun gedachten, hun hoop en hun genegenheid niet op Jezus te richten, maar op Maria!
Door middel van die goddeloze leer bedriegt Rome het verstand, verleidt het hart en verwoest voor eeuwig de ziel van de jongeren.
Onder het voorwendsel van het eren van de Maagd Maria, beledigt zij haar door haar aanbiddingswaardige Zoon te beledigen en Hem in een verkeerd daglicht te stellen.
Rome heeft de afgoderij van het oude heidendom teruggebracht onder een nieuwe naam. Ze heeft op haar altaren de Jupiter Tonans (donderaar) van de Grieken en Romeinen teruggezet; alleen, zij legt op de schouders van haar afgodsbeeld de mantel van Jezus en zij schrijft op het voorhoofd de naam van Jezus om zo de wereld beter te bedriegen!