Slechts een streepje
>>PDF<<
Zilveren licht schijnt over de Bodensee.
Ik heb op mijn reizen van veel schitterende meren genoten. Maar dit prachtig mooie “oplichten” heb ik alleen bij de Bodensee aangetroffen..
Wasserburg is een schiereiland, waarvan de kustlijn zich licht slingerend langs het meer uitstrekt. Daar is een drukke aanlegplaats voor schepen. Het wemelt er van de kuuroordgasten en vanuit de restaurants klinkt de radio.
Daar is echter ook een oude, kleine kerk dichtbij het meer. Rondom de kerk ligt een kerkhof.
Het is hier heel stil. In rood, blauw en geel prijken de bloemen op de graven. Zwijgend gaan we tussen de rijen van rustenden door tot aan de lage, groenbegroeide muur, die het kerkhof van het meer scheidt.
De stenen zijn heet door de zon. Het is mooi om de armen op de rand van de muur te leggen en naar de zilverglans te kijken. Het is heel stil. Slechts zachtjes kabbelen de golven tegen de stenen. Naast me staat mijn begeleidster, een diacones. Zij heeft mij naar deze prachtige plek geleid. Ze kent die van jongsaf aan, want niet ver hier vandaan staat haar ouderlijk huis. Opeens wijst ze in het water beneden ons en zegt: “Hier is mijn leven bepaald!”
Ik kijk in het heldere water. En zie iets zeldzaams: Daar liggen oude grafstenen. In vroegere tijden heeft men wel eens, als men ruimte voor nieuwe graven nodig had, de oude stenen gewoon in het meer laten vallen. Daar liggen ze nu tussen de oeverstenen. Als het water helder is, kan men de opschriften nog lezen.
En de diacones vertelt: “Hier heb ik eens als jong meisje gestaan. Mijn blik viel op één van de grafstenen. De naam was verweerd. Maar de jaartallen waren nog te lezen: 1789-1821. En toen drong het opeens tot mij door: Het streepje tussen de twee getallen – dat was een heel mensenleven! Slechts een streepje! Meer is ons leven niet! Een streepje tussen twee jaartallen – zo weinig! En toen schoot het door mij heen wat voor een verantwoordelijkheid wij hebben, – de ontzaglijke verantwoordelijkheid, van dit armzalige streepje iets te maken…. Ja, toen heb ik mijn leven aan de Heiland overgegeven en heb ik besloten dit arme geringe leven in Zijn dienst te stellen. Zo werd ik diacones…”
Een kwartier later gingen we over de aanlegplaats, waar het een vrolijk gewemel van kuuroordgasten was. De gedachte kwelde me: “Weten zij eigenlijk wat hun leven is? Een streepje tussen twee jaartallen. Wat zullen zij van dit streepje maken?”
En ik zelf? Ik besef dat het iets heel groots is, als God van dit arme streepje iets maakt “tot lof van Zijn heerlijkheid”.
Bron: Kleine Erzählungen, Wilhelm Busch Uitgeverij Gütersloher Verlagshaus, Gütersloh, Duitsland. © Copyright vertaling 2018 Stichting Exodus.