Op adelaarsvleugels
>>PDF<<
Kostelijk is die ervaring, die wordt beschreven in de woorden van de profeet: “Zij varen op met vleugelen als arenden.” Zoals een pijl wordt afgeschoten door een boog, zo stijgt de koninklijke vogel naar de hoogste regionen en zweeft daar in de hoogte in een smetteloze atmosfeer. Zo verschijnen gelovigen door de kracht van de Heilige Geest met onverhoedse energie in de nabijheid van God en ademen een lucht in, die niet verontreinigd is door zonde en zorg. Daar liggen alle dingen ver beneden. Voor de adelaar is het meer beneden hem een spiegel: de uitgestrekte ruige bossen, de ruwe hellingen en de kolossale bergen worden door hem allemaal van bovenaf gezien en worden beschouwd als ver beneden, ondergeschikt en aan de aarde verbonden. Zo zien wij in blij geloof alle zichtbare dingen als van een lager domein dan de verblijfplaats van ons hemels leven; dingen, die niet langer beoordeeld moeten worden vanuit een aards standpunt, maar vanuit de hemelen moeten worden bekeken. Oh, de verhevenheid van de ziel, die op zo’n tijd ervaren wordt! Hoe klein worden dan alle menselijke zorgen!
De wateren van het meer kunnen heen en weer gedreven worden door winden, maar wat maakt dat uit voor de adelaar, die daarboven zweeft? Donderslagen kunnen weerkaatsen van gindse grauwe kliffen; wat voor schrik ligt daarin voor het gevleugelde schepsel, dat boven de storm vliegt? Zo trotseren ook wij, in de kracht van heilig vertrouwen, de voorbijgaande moeilijkheden van deze lagere sfeer, wanneer we verblijven in God en opstijgen tot in Zijn leven. Wij worden het meest beïnvloed door wat het meest dichtbij is: de weg om te ontsnappen aan de lagere invloeden is: boven hen uit te stijgen en te verblijven in Hem, Wiens kalmte nooit wordt verbroken. Wij gebruiken onze vleugels niet genoeg. Onze gedachten zijn niet genoeg bij de dingen, die boven zijn, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Een adelaar zou spoedig een armzalige vogel zijn, als hij beneden rondliep, zoals pluimvee; hij is het meest koninklijk, wanneer hij zich zijn geboorterecht realiseert en zijn erfenis boven de wolken in bezit neemt. “Gij zijt niet van de wereld”, zei Jezus. Oh, dat we ons Zijn woorden mogen herinneren en met een opstijgende ziel direct die beuzelarijen van de tijd en het zichtbare mogen verlaten, welke ons zeker in de war zullen brengen, omdat wij te midden daarvan leven!
“Hij zal in de hoogte wonen” (Jesaja 33:16 KJV) is een grote belofte, maar één die te vaak vergeten wordt. Belijdende christenen gedragen zich vaak zo, alsof hun leven geleefd moest worden op dezelfde manier als dat van de niet-wedergeborenen; want zij zijn evenzeer in beslag genomen door schijn, terneergedrukt door beuzelarijen of opgetogen over een bagatel. Sta op, gelovigen! Omhoog naar hogere gebieden! Als u niet kunt strijden met dagelijkse zorgen, stijg daar dan boven uit. Als de vogelvanger u bespiedt, stijg dan uit boven zijn bereik. Als de aarde u probeert over te halen en uw hart toegeeft aan haar betovering, stijgt dan omhoog, totdat u door zijn bedriegerijen heen kunt zien en kunt neerkijken op zijn lokmiddelen. Niet hier is uw deel! Niet hier is uw woonplaats! Weest er niet tevreden mee beneden te blijven, want u hoort hier niet thuis en u hebt niet uw echte positie gevonden, totdat u omhoog gedragen wordt te midden van de verhevenheden van God. Weg dan, van de verstrikkingen van het vlees. De vogel van de vrijheid moet de verblijfplaatsen van mensen verlaten en wonen bij de Eeuwige!
C.H.S.