Onze Borg
>>PDF<<
“Ik zal borg voor hem zijn.” – Genesis 43:9.
Juda, de oudere broer, beloofde zijn vader om Benjamin weer veilig terug te brengen uit Egypte. Hij nam dit helemaal op zich. Hij zei: “Ik zal borg voor hem zijn; van mijn hand mag u hem eisen: als ik hem niet bij u terugbreng, dan zal ik tegenover u altijd schuldig zijn.” En zijn vader vertrouwde dat Juda zou doen zoals hij had gezegd en zo kwam het, dat Juda borg voor Benjamin was.
Jezus Christus is Borg voor ons. Hij, onze Oudere Broeder, neemt het op Zich om ons veilig naar het huis van Zijn Vader en onze Vader te brengen. Hij staat er voor in om ons in Zijn heerlijke tegenwoordigheid te brengen. Wij zijn in Zijn hand, en God zal ons van Zijn hand vragen en ons ontvangen. God, Die heel veel van Zijn kinderen houdt, vertrouwt erop dat de Here Jezus dit doet. Hij heeft ons aan Hem gegeven, en Hij heeft Jezus Christus als onze Borg aanvaard.
Nu, als God Hem vertrouwt, wil jij Hem dan ook niet vertrouwen? Wat! Aarzelen om Jezus te vertrouwen? Wie anders zou je kunnen vertrouwen? Wie anders zou het op zich kunnen nemen om jou veilig naar de hemel te brengen? Benjamin had misschien zelf wel zijn weg terug kunnen vinden uit Egypte naar Kanaän, maar nooit, nooit zou jij uit jezelf de weg kunnen vinden van de aarde naar de hemel en nooit, nooit zou iemand anders dan alleen de Here Jezus jou daar kunnen brengen.
Benjamin kon er niet helemaal zeker van zijn dat zijn broer zijn belofte zou kunnen houden, want Juda was maar een mens en zou in Egypte gedood kunnen worden. Maar jij mag er helemaal zeker van zijn dat jouw Oudere Broeder Zijn belofte kan houden, want Hij is zowel God als mens. En denk je dat Hij Zijn belofte zou breken? Hij, de Getrouwe Heiland, zou Hij Zijn belofte breken? De hemel en de aarde zullen voorbij gaan, maar Zijn Woord zal nooit voorbij gaan!
Vertrouw dan nu op Hem en doe Zijn trouwe liefde nooit meer onrecht aan door op te houden met Hem te vertrouwen. Hij is onze Borg en Hij zal een ieder die op Hem vertrouwt, veilig naar het hemelse Kanaän brengen.
“Jezus, ik wil U vertrouwen, U vertrouwen met mijn ziel!
Schuldig, verloren en hulpeloos als ik ben, U kunt mij genezen!
Jezus, ik vertrouw U echt, ik vertrouw U zonder twijfel!
Een ieder die komt, zult U zeker niet uitwerpen!”