Selecteer een pagina

Gezegende voorspoed IV 

>>PDF<<

“Hij zal zijn als een boom, geplant aan waterstromen, die zijn vrucht zal geven op zijn tijd; zijn loof zal niet verwelken; en al wat hij onderneemt zal voorspoedig zijn”
(Psalm 1:3).

Dit is één van de meest opmerkelijke en veelomvattende beloften die in de Schrift staan. Als wij de ongelovigen een werelds plan konden aanbieden, dat hun voorspoed in alles wat zij ondernemen verzekerde, hoe begerig zouden zij het oppakken! En toch, wanneer God zo’n effectief plan aan Zijn volk openbaart, hoe weinigen maken er dan gebruik van! Velen falen aan de negatieve kant en komen niet duidelijk uit de wereld; velen falen aan de positieve kant en laten toe dat andere plichten en liefhebberijen de tijd nemen die gegeven behoort te worden aan het Woord van God. Voor sommigen is het helemaal niet gemakkelijk tijd vrij te maken voor een stille tijd ’s morgens vroeg, maar niets kan het verlies ervan vergoeden.
Laten we nu overwegen wat de zegeningen zijn:
1. Stabiliteit. Hij zal zijn als een boom (niet slechts een éénjarige plant) met een stabiele, gestage groei en toenemende vruchtbaarheid.
2. Onafhankelijke voorraden. Geplant aan de waterstromen. De gewone voorraden, regen en dauw, kunnen falen; zijn diepe, verborgen bronnen niet.
3. Vruchtbaarheid op zijn tijd. Er is hierin iets heel moois. Het beeld is niet van water dat door een kanaal stroomt, maar van vrucht, het resultaat van ons eigen veranderde, herschapen leven – een leven van eenheid met Christus. Het is zo genadevol van God niet door ons heen te werken op alleen maar mechanische wijze, maar door ons tot ranken van de ware Wijnstok te maken, juist het orgaan waardoor haar vrucht wordt voortgebracht.
Er is een fundamenteel verschil tussen vrucht en werk. Werk is het resultaat van inspanning; vrucht van leven. Een slecht man kan een goed werk doen, maar een slechte boom kan geen goede vruchten dragen. Het resultaat van werk is niet reproductief, maar vruchten hebben hun zaad in zich. Het is interessant op te merken dat de Schrift niet spreekt over de vruchten van de Geest in het meervoud, alsof wij zouden mogen kiezen uit de genoemde genadegaven, maar over de vrucht in het enkelvoud, wat een rijke tros is, samengesteld uit liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, enz. Hoe gezegend is het zo’n vrucht voort te brengen op zijn tijd!