De komst van de Here Jezus
>>PDF<<
“Zie, Hij komt!” – Openbaring 1:7
Lijkt dit een vreselijke tekst? Vraag jij je af waarom het één van de “kleine kussens” moet zijn en wens je dat het boek jou een andere had gegeven om vanavond op te gaan slapen? Kijk er nog een keer naar: “Hij komt!” Wie? Jezus Zelf, “dezelfde Jezus” Die zei: “Kom tot Mij.” Je dacht dat het zo mooi zou zijn om te komen, als je alleen maar Hem kon zien. Maar je zult Hem zien, want Hij komt.
Denk eraan dat je Hem ziet komen, zo mooi, zo groots, zo geheel en al liefde; Hem, dezelfde liefdevolle vriendelijke Heiland Die van kleine kinderen houdt, Die van jou houdt en jou heeft geroepen! Je zult Zijn gezicht zien; dat voorhoofd dat gekroond werd met doornen, die ogen die naar Petrus keken, die lippen, die zulke wondervolle en genadige dingen zeiden! Je zult niet langer over Hem denken en proberen in Hem te geloven, tot Hem te bidden en naar Hem te verlangen, maar je zult Hem werkelijk zien! Is dit vreselijk? Lijkt het niet veel eerder iets om heel erg naar uit te kijken?
Slechts één ding zou het vreselijk maken en dat is, als je nu niet tot Hem zult komen en Hem je zonden niet zult laten wegwassen in Zijn kostbaar bloed. Dan zou het inderdaad vreselijk zijn, want Hij zou nooit meer tot jou zeggen “Kom!”, maar alleen “Ga weg!”.
Maar je wilt dat Hij jou rein wast, nietwaar? En je probeerde toch tot Hem te gaan? Je gelooft toch dat Hij meent wat Hij zegt en werkelijk stierf om jou te redden? O, zul je dan niet blij zijn Hem te zien? Hoe zou het zijn als nu de roep werd gehoord: “Jezus komt!” Jouw hart zou snel kloppen, maar ik denk dat het van blijdschap zal zijn en niet van schrik. Jezus komt! Zou je niet uitgaan om Hem te ontmoeten? Jezus komt! Kon iets anders gelukkiger nieuws zijn? Ik denk dat we niet zoveel zullen nadenken over de klank van de trompet en de wolken van heerlijkheid en al de heilige engelen die met Hem meekomen; we zullen “Jezus zien” en Zijn eigen stem horen en dat zal onze ogen en ons hart voor eeuwig vervullen.
“U komt, o mijn Heiland!
U komt, o mijn Koning!
In Uw schitterende schoonheid,
In Uw alles overtreffende heerlijkheid,
Terecht mogen we ons verblijden en zingen!”