Wat Christus voor ons droeg
>>PDF<<
“De Here heeft ons aller ongerechtigheid [1]op Hem doen neerkomen.” – Jesaja 53:6
Waar zijn jouw zonden? Waar ze ook zijn, Gods vreselijke straf moet er op neerkomen. Zelfs als er maar één zonde zou zijn en die ene zou verborgen zijn in je hart, dan moet Gods toorn die ontdekken en die straffen. De zonde zou niet kunnen ontsnappen.
Maar je kent er veel meer dan één; en God kent er nog veel meer. En zo is de grote vraag voor jou: waar zijn ze? Als Hij ze bij jou vindt, moet Zijn toorn op jou vallen. Maar als ze ergens anders heengebracht zijn, ben je veilig, want Hij houdt van jou en haat alleen jouw zonden. Waar kan dat wonderlijke “ergens anders” zijn? De tekst van vanavond vertelt je dat God ze op Jezus heeft gelegd. Waarom kwam Zijn vreselijke toorn op Zijn geliefde, heilige Zoon neer? Omdat Hij onze zonden op Jezus had gelegd en Jezus ze nam en bereid was ze te dragen, zodat geheel de vreselijke straf op Hem zou neerkomen in plaats van op ons. In plaats van op jou, lieve kleine!
Toen in Gethsemané grote druppels bloed van Zijn geliefd hoofd op de grond vielen, kwam dat omdat de Here jouw ongerechtigheid op Hem had gelegd. Toen Hij met Zijn doorboorde handen en voeten aan het kruis hing, alleen, in de grote duisternis van Gods toorn, kwam dat omdat Hij jouw straf droeg, omdat jouw zonden op Hem werden gelegd, zodat ze niet meer op jou zouden worden gevonden en op jou gestraft zouden worden.
Satan zal proberen jou te overtuigen om niet te geloven dat jouw zonden op Jezus werden gelegd en hij zal proberen jou altijd eraan te laten twijfelen, maar God zegt dat zij wel op Jezus zijn gelegd! Wat zul je geloven?
Nogmaals, kijk naar de ernstige vraag: “waar zijn jouw zonden?” En kijk dan naar Jezus, Die lijdt en sterft voor jou en antwoordt moedig: “Op Jezus! Want de Here heeft de ongerechtigheid van ons allen op Hem gelegd.”
“En zo stierf Hij! En om deze reden
Werd Hij mens en stierf:
De bijbel zegt dat Hij uit de hemel kwam
Opdat onze zonden ons vergeven zouden worden.
Hij wist hoe goddeloos de mensen waren geweest,
Hij wist dat God de zonde moest straffen;
Dus, uit medelijden zei Jezus,
Dat Hij, in plaats van ons, de straf zou dragen.”
[1] zonden